Oude kranten zijn een waardevolle bron voor de genealogisch onderzoeker. Zij kunnen je op het spoor brengen van bronnen waarin je nog niet gezocht hebt.
Mijn oudvader Jacobus van der Laaken was bij alle bekende akten van de Burgerlijke Stand het beroep leerlooier en later schoenmaker in Leiden. Er was echter veel meer over hem te vertellen dan alleen zijn beroep.
Een routinematige zoektocht op delpher.nl op de naam van deze voorvader bracht het volgende artikel uit de Leidsche Courant van 3 juli 1865 aan het licht.
Leyden, 1 July. Een der oud-strijders uit deze stad, Jacobus van der Laaken, die aan de feestviering op Dinsdag jl. deel nam, is eergisteren overleden. In behoeftige omstandigheden verkeerende, werd hij door welwillende hulp in staat gesteld behoorlijk gekleed op het feest te verschijnen. Men deed hem, opdat hij zich niet te veel zou vermoeijen, met rijtuig naar de Ruïne brengen. Van daar begaf hij zich nog te voet met den stoet naar de kerk, maar het scheen dat hij daarbij te veel van zich had gevergd; want bij het verlaten van de kerk had hij hulp nodig om zijne woning te bereiken. Hij nam echter nog deel aan den maaltijd, maar kon slechts weinig nuttigen, en te huis gekomen begaf hij zich naar bed om niet weder op te staan.1
Twee dagen later wijdde de krant nogmaals een bericht aan de begrafenis van Van der Laaken.
Gisteren morgen is het stoffelijk overschot van den oud-strijder J. van der Laaken, wiens overlijden wij in ons vorig nommer mededeelden, met militaire eerbewijzen op het kerkhof aan de Heerenpoort ter aarde besteld. De alhier woonachtige oud-strijders vergezelden het lijk naar de rustplaats der dooden. De slippen van het lijkkleed, waarop het Waterloo-kruis prijkte, werden door oud-strijders gedragen. Bij de geopende groeve werd door een der oud-strijders, den heer J. van der Tas, een treffend woord gesproken, dat op de aanwezigen diepen indruk maakte.2
Een oud-strijder in 1865 kan op niet veel anders betrekking hebben als op de strijd tegen Napoleon in 1815. Een nader onderzoek in de registers van de Waterloo-gratificatie van 1817 leverde een inschrijving voor “Jac. van der Laken” van het Bataljon Nationale Militie no. 10 op.3
Dit artikel was de aanleiding tot een onderzoek in de militaire stamboeken en andere militaire bronnen. Het resultaat was een interessant verhaal van een schoenmaker die 24 jaar oud bij de oprichting van de Nationale Militie opkwam en direct werd ingezet in de slag bij Waterloo. Om tenslotte na een voettocht via Parijs weer in Leiden terug te keren. Daar pakte hij zijn oude beroep weer op, wat in alle akten tussen 1818 en 1827 keurig vermeld staat.
In 1865 was de Slag bij Waterloo 50 jaar geleden. Jacobus was een van de eersten die het Zilveren Herdenkingskruis 1813-1815 ontving op een grote herdenkingsplechtigheid in Leiden. Dit was dus het feest waarnaar in het krantenartikel verwezen werd. De gebeurtenissen op het feest werden uitgebreid opgetekend in een boek.4
Dergelijke verhalen geven kleur aan onze voorouders. Zonder de zoekslag in oude kranten was dit spoor nooit opgedoken.